27 november 2011
Mijn heer", zei ze, "ik zal u de waarheid vertellen. Het is het gebrul
van een draak, de meest vreselijke en afgrijslijke die er op aarde
rondloopt.
Elke dag verlaat hij zijn schuilplaats en gaat pal voor één van de
toegangspoorten van de stad staan: niemand kan erin of eruit, voor men
hem een
maagd heeft toegeworpen. En zodra hij haar in zijn klauwen heeft vreet
hij haar op
Vrouwe, zei Tristan, houd me niet voor de gek, maar vertel me
rechtuit: kan een man, uit een vrouw geboren, dit ding verslaan??
Nobele en edele heer, zei zij, Ik kan het u niet vertellen. Maar dit
is zeker: al twintig ridders hebben het geprobeerd, omdat de koning van
Ierland heeft aangekondigd dat hij zijn dochter, Iseult de Schone, zal
schenken aan degene die het monster zal doden, maar het heeft hen alle
twintig opgevreten.
Tristan verliet de vrouw, en ging terug naar zijn schip, waar hij in
het geheim zijn wapenrusting aantrok, en wat was het een prachtig
gezicht, om zo'n vurig ros met zo'n nobele ridder uit een handelsschip
te zien komen: maar de haven was verlaten, want de dageraad was
nauwelijks aangebrokern, en nemand zag hem toen hij naar de stadspoort
reed. Nauwelijks was hij de poort uit toen vijf man in vliegende galop
hem tegemoet kwamen, de stad in. Tristan greep er een bij zijn haar
toen hij voorbij kwam, trok hem over de achterhand van zijn paard en
hield hem stevig vast.
God zegene u mijn heer, zei hij, en uit welke richting komt de
draak? En toen de ander hem de richting had gewezen, liet hij hem gaan.
Toen het monster naderde, liet hij de kop van een beer zien, en rode
ogen als kooltjes vuur en harige gepluimde oren: leeuwenklauwen, een
slangenstaart, en het lijf van een griffioen.
Tristan dwong zijn paard zó hard naar de draak, dat hoewel zijn manen
rechtop stonden van angst, het dier toch naar de draak galoppeerde:
zijn lans raakte de schubben en trilde. Toen trok Tristan zijn zwaard
en sloeg naar de kop van de draak, maar hij beschadigde de huid
nauwelijks. Het beest voelde de slag, en met zijn klauwen viel hij uit
naar het schild en brak het los van de arm, en toen, met zijn borst
onbeschermd, haalde Tristan opnieuw uit met zijn zwaard en sloeg zo
hard dat de lucht rondom ervan galmde, maar alles was voor niets, want
hij kon de draak niet verwonden en intussen braakte de draak twee
stromen walgelijke vlammen uit, en Tristans helm verkoolde als een
sintel and zijn paard struikelde en viel en stierf; maar Tristan stond
op beide voeten en stootte zijn zwaard recht in de kaken van het
monster, en spleet zijn hart in tweeën.
Toen sneed hij de tong uit zijn bek en deed die in zijn wambuis, maar
toen het gif zijn vlees raakte bezwijmde de held en viel in het hoge
gras rondom het moeras.
uit: Project Gutenberg's The Romance Of Tristan And Iseult, by M. Joseph Bédier